Sociaal werker Marja van Huffel uit Heemskerk maakt zich grote zorgen over de twintigduizend thuiszittende kinderen in Nederland. Deze kinderen gaan ondanks de leerplicht niet naar school. Daarom slaat zij een noodkreet: “De nieuwe regering zou meer alternatieve plekken moet creëren voor jonge kinderen die nu nog thuiszitten.”
“In mijn werk als sociaal werker zie ik bijvoorbeeld een kind dat geen plek wist te vinden in het reguliere en speciaal onderwijs. Het kind zit de hele dag thuis zonder sociale contacten of beweging. Het sleept daar zijn ouders in mee, want het is dan lastig werken. De thuisblijver gaat dan binnenshuis op zoek naar prikkels en dat is dan weer heel uitdagend voor zijn broertjes of zusjes. Het zorgt voor onnodige stress en ruzie. Kortom: gezinnen hebben het bij thuisblijvers enorm lastig.”
De twintigduizend kinderen die buiten het schoolsysteem vallen gaat de Heemskerkse Van Huffel aan het hart. Zij is een vrouw uit de praktijk en tien jaar geleden zette zij met succes een sportief buurtcentrum op in Alkmaar. Het buurtcentrum biedt kinderen ‘een veilige plek en begeleidt daarnaast hun ouders.’ Nu hoopt Van Huffel op meer van dit soort plekken voor thuisblijvers.
Talentenhuiskamers
“Ik denk als alternatief dat de regering naast scholen kan denken aan kleinschalige talentenhuiskamers. Hier bij ons buurthuis doen we onder meer aan sport, maar niet alle kinderen houden bijvoorbeeld van boksen. Ik denk dus aan het investeren in nieuwe buurtcentra. Zoals kleinschalige zorgboerderijen in Beverwijk voor kinderen die van dieren houden of knutselplekken waar kinderen met hun handen kunnen werken. In de omgeving van Tata Steel zou dat een perfecte plek zijn waar je met oud staal aan de slag kunt.”
“Kinderen kunnen op zulke plekken aandacht krijgen en aangesproken worden op hun talenten. Ik geef bijvoorbeeld een meisje, dat op school heel verlegen is en niets durf te vertellen, in ons buurthuis complimenten over de mooie koprollen die ze maakt tijdens onze training. Dan klappen we allemaal voor haar. Ik zie haar helemaal opbloeien, want nu weet ze dat er iets is wat ze heel goed kan. Dat zelfvertrouwen, daar kun je op verder bouwen en dat nemen ze weer mee in de rest van hun leven.”
Lees hieronder de brief die Marja van Huffel aan de regering schreef: