Met alle regen van de afgelopen weken, kijk ik vaak of er veel wateroverlast is in Heemskerk. De gevolgen van klimaatverandering zien we direct terug in de weersomstandigheden en onze leefomgeving. Met name schade door te weinig of te veel water is goed zichtbaar. Afgelopen week kwam veel nieuws naar buiten over de relatie tussen woningwaarde en klimaatrisico’s. De Autoriteit Financiële Markten stelt dat klimaatrisico’s, zoals overstromingen en aantasting van de fundering, moeten meewegen in de waarde van een woning. Deze risico’s hebben namelijk grote financiële gevolgen voor woningeigenaren en -kopers. Bijvoorbeeld kosten voor maatregelen om schade te voorkomen en te herstellen. Daarbij speelt de vraag hoe we deze kosten moeten verdelen over de samenleving. Dit begint bij een visie op de ruimtelijke ordening en het klimaatbeleid door het Rijk en de provincie. Daarnaast speelt ook het beleid van waterschappen over het waterpeil een rol. Verder ligt er een verantwoordelijkheid bij de gemeenten, inwoners en bedrijven om te investeren. Deze investering gaat over het klimaatadaptief inrichten van de openbare ruimte en particuliere gronden, zoals tuinen. Een groot risico hierbij is, dat de sociale ongelijkheid toeneemt door klimaatrisico’s. Inwoners met een goede financiële situatie kunnen gemakkelijker maatregelen nemen om schade te voorkomen en kunnen beter mogelijke schade dragen. Dat vraagt van gemeenten en bestuurders om het eerlijke verhaal te vertellen en de verbinding met inwoners te zoeken om tweedeling te voorkomen. De ruimte, grond en leefomgeving van ons allen zijn aan elkaar verbonden, waardoor we afhankelijk zijn van elkaar. In die afhankelijkheid zie ik onze overeenkomsten en uiteindelijke oplossingen voor problemen die ons allen raken. Ik hoop dat we die verbinding herkennen, erkennen en samen aan de slag gaan. We moeten nog zeker een aantal stappen zetten, zodat iedereen, ook mensen met een laag of middeninkomen, goed voorbereid zijn op het veranderende klimaat.